Rain Bird Support: ESP-ME3 Series Controllers | Rain Bird

PDF preview unavailable. Download the PDF instead.

d41274 15ja20 esp-me3-user-manual-advanced-dom en-dutch
ESP-ME3 Controller
Volledige Gebruikshandleiding
LNKTM gereed

NL ESP-ME3 Controller · Volledige Gebruikshandleiding

Betreft
Technische Hulp .......................................................... 2
Inleiding........................................................ 3
Welkom bij Rain Bird® ................................................. 3 The Intelligent Use of Water® .........................................3
ESP-ME3 Controller Kenmerken ............................... 3 Wifi gereed... ..........................................................................3
Installatie ......................................................4
Regelunit Monteren .................................................... 4 Kleppen aansluiten .............................................................4 Hoofdklep aansluiten (optioneel)..................................4 Pompstartrelais aansluiten (optioneel)........................5 Flow Sensor aansluiten (optioneel)...............................5 Weer Sensor aansluiten (optioneel)..............................6 Stroomaansluiting ..............................................................6
Station uitbreidings module's .................................. 7 Module's installeren ...........................................................7 Stationnummers geven.....................................................8
Voltooien vd controller installatie ......................... 8
Normale Werking .........................................8
Bediening en kenmerken ........................................... 8 AUTO........................................................................................9 UIT ............................................................................................9
Display Indicatoren ..................................................... 9
Basis Programmering .................................10
1. Datum en Tijd instellen ........................................ 10 2. Starttijden van de irrigatie instellen ................. 10 3. Sproeiduur van de Stations instellen ............... 10 4. Irrigatiedagen instellen........................................ 10
Aangepaste dagen van de Week ................................ 10 Programma-gebaseerd Schema.............................. 11
Veel voorkomende programmeer fouten ............... 11
Handmatige Irrigatie ..................................11
Test alle stations........................................................... 11
Start een enkel Station ................................................ 11 Start een enkel Programma ........................................ 12
Geavanceerde Programmering ..................12
Even of Oneven Kalenderdagen ................................. 12 Cyclysche Dagen .......................................................... 12 Seizoensgebonden bijstelling..................................... 13 Irrigatie Uitstellen.......................................................... 13 Vaste Dagen Uit ............................................................ 13
Speciale Kenmerken ....................................14 Opties ...........................................................14
Reset knop ..................................................................... 14 Accessoires Afstandbediening..................................... 14 Vrijstaand Programmeren .......................................... 15 Batterij Levensduur ....................................................... 15
2 ESP-ME3 Controller

Bijlage .........................................................15
Problemen Oplossen ................................................ 15 Fouten Detecteren .......................................................... 15 Programmeer Fouten (knipperende LED) .............. 15 Elektrische Fouten (niet-knipperende LED) ........... 15 Flow Alarmen .................................................................... 16 Irrigatie Problemen......................................................... 16 Elektrische Problemen (constante LED)................... 17
Certificaten ................................................................. 18 Veiligheidsinformatie .............................................. 18
Belangrijke Waarschuwingen
C WAARSCHUWING
Geeft een gevaarlijke situatie aan die, indien deze niet wordt vermeden, de dood of ernstig letsel tot gevolg kan hebben.
C VOORZICHTIG
Geeft een gevaarlijke situatie aan die, indien deze niet wordt vermeden, kan leiden tot licht of matig letsel.
NOTIE
Geeft informatie aan die als belangrijk wordt beschouwd, maar geen verband houdt met gevaren (berichten tot materiële schade).
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Specifieke veiligheidsgerelateerde instructies of procedures.
Symbolen & Bedieningsinfo
a NUMMERS definieer een reeks stappen die de
gebruiker moet volgen om de regelunit te bedienen.
B NOTIE : Informeert de gebruiker over belangrijke bedieningsinstructies met betrekking tot de functionaliteit van de regelunit, installatie of onderhoud.
H HERHAAL : Geeft aan dat een herhaling van eerdere stappen of acties nodig zijn voor verdere bediening of om een proces te voltooien.
Technische hulp
Vragen ?
Bel Rain Bird kostenloos, Technische Ondersteuning op 1-800-724-6247 (ENKEL USA en Canada)

NL Inleiding
Welkom bij Rain Bird®
Hartelijk dank voor uw aankoop van Rain Bird's ESP-ME3 regelunit. In deze handleiding vindt u de stapsgewijze instructies voor het installeren en bedienen van de ESP-ME3.

The Intelligent Use of Water®
Wij vinden het onze verantwoordelijkheid bij Rain Bird om producten te ontwikkelen die efficiënt omgaan met water.
ESP-ME3 Controller Kenmerken

Kenmerk

Omschrijving

Maximaal aantal Stations 22 (met optionele Station

Modules)

Hoofdklep of

Ondersteund

Pompstart relais

Starttijden

6

Programma's

4

Programma Cycles

Aangepaste Dagen, Even, on-Even en Cyclische dagen

Vaste Dagen Uit

Per programma

Hoofdklep Instellen

Aan/Uit per station

Uitstel door Regen

Ondersteund

Regen/Vries Sensor

Ondersteund

Regen Sensor Instellen Algemeen of per station

Seizoensinstelling

Algemeen of per programma

Handmatig starten / station Ja

Handmatig starten / Progr. Ja Handmatig Test Alle Stations Ja

Detectie Kortsluiting Ja Vertraging tussen Stations Instelbaar per programma

Accessoire Poort

Ja (5 pin)

Bewaar & Herstel Pro- Ja gramma (save & restore)

Station Geavanceerd LNKTM WiFi Module

Ja Ondersteund

Flow Sensor Cycle+SoakTM

Ondersteund
Onderst. in de Rain Bird App via LNKTM WiFi Module

3 ESP-ME3 Controller

WiFi gereed
De LNKTM WiFi Module maakt een externe verbinding met een Rain Bird ESP-ME3 regelunit mogelijk met een Apple® iOS® of AndroidTM compatibel smart-apparaat. De mobiele applicatie (APP) maakt externe toegang en configuratie van één of meerdere irrigatiecontrollers mogelijk.
* Apple is een merknaam van Apple Inc, IOS is een merknaam van Cisco Systems Inc. en Android is een merknaam van Google LLC. Voor meer informatie over de LNKTM WiFi Module en de meerwaarde die dit product voor uw ESP-ME3 regelunit, kan bieden, gaat u naar: http://wifipro.rainbird.com
LNKTM WiFi Module (afzonderlijk verkrijgbaar)
Beheerd Sites op afstand

NL Installatie

Regelunit Monteren

B NOTIE: Kies een geschikte montagelocatie in de nabijheid van een 230VAC geaard stopcontact.
a Schroef een montageschroef in de muur. Laat
een afstand van 3mm tussen de schroefkop en het oppervlak van de muur (gebruik de bijgeleverde pluggen en schroeven).

b Zoek de sleuf aan de achterkant van de regelunit
en hang de unit veilig aan de montageschroef

a

b

1/8 IN.

c Open het voorpaneel, en schroef 3 bijkomende
schroeven door de voorziene gaten van de unit en doorlopend in de muur. Zie hieronder.
c

Kleppen aansluiten
a Geleid het netsnoer door de kabeldoorgang aan
de onderkant of achterkant van de unit. Een buis als kabelbegeleider aansluiten is mogelijk en aangeraden.

C WAARSCHUWING
Geleid de kleppendraden niet door dezelfde opening als de stroomdraden.

b Sluit de stroomdraad van elke klep aan het
klemmenstrook van de Basis Module of Station Module dat overeenstemt met het gewenste
stationnummer (1-22).
c Sluit de gemeenschappelijke draad COM
(common) op de klemmenstrook van de Basis Module. Sluit dan overgebleven draden van elke klep aan met deze gemeenschappelijke draad.
d Om een klep te testen, sluit de gemeenschappelijke
draad aan de COM klem en de stroomkabel aan de VT klem. Dit wil de klep onmiddellijk starten.

Hoofdklep aansluiten (optioneel)

e Sluit de stroomdraad aan op de MV
(master valve/hoofdklep) klem op de Basis Module. Sluit dan de overgebleven draad van de hoofdklep aan de gemeenschappelijke draad, (COM) zoals hieronder afgebeeld.

e

c

b

4 ESP-ME3 Controller

SENS

a
2 1 MV HOOFD KLEP MV
COM

NL Pompstartrelais Aansluiten (optioneel)
a Sluit een draad van het PSR (pomp start relais)
aan de MV (master valve) klem op de Basis Module. Sluit vervolgens een andere draad van het pompstartrelais aan op de gemeenschappelijke draad (COM). Zie hieronder.
b Om eventuele schade aan de pomp te vermijden,
sluit u een korte overbruggingsdraad van een ongebruikte klem naar de dichtsbijzijnde klem in gebruik aan. Zie hieronder.

NOTIE
De ESP-ME3 regelunit voorziet GEEN netspanning voor een pomp. Het relais moet worden aangesloten volgens de instructies van de fabrikant.

Alleen de onderstaande Rain Bird pompstartrelais modellen zijn compatibel met de ESP-ME3:

Omschrijving Volts
Universeel Pomp Relais 110 volt enkel
Universeel Pomp Relais 220 volt enkel

Model Nr.
PSR110IC
PSR220IC

a
B NOTIE: Aansluiting van de pomp en externe voeding niet weergegeven. Raadpleeg de installatieinstructies van de pomp.

b

2
1 PSR
POMP START RELAIS COM

Flow Sensor aansluiten (optioneel)
B NOTIE: Installeer de Flow Sensor in de installatie volgens de instructies van de fabrikant. a Leid de Flow Sensor draden naar de regelunit.
C WAARSCHUWING
Geleid de Flow Sensordraden NIET door dezelfde opening als de stroomdraden.
b Sluit beide flow sensor draden aan op de
Flow klemmen, zoals afgebeeld. Verzeker u dat u de , positieve (soms rood) sensor draad aansluit op de rode (+) klem en de negatieve (soms zwart) sensor draad aan de grijze (-) klem aansluit.

b

Flow Sensor Instellingen Stel de regelnunit in om de flowsensor te activeren of te negeren.
Indien ingesteld op Sensor ON, wordt de automatische irrigatie per station onderbroken als de gedetecteerde flow de aangeleerde flow met meer dan 30% overschrijdt. Indien ingesteld op Sensor OFF, zullen alle stations de flow sensor negeren.
Draai de selectieknop naar Flow Sensor.
· Druk of om de SENS ON (sensor aan) of SENS OFF (sensor uit) te selecteren.

Sensor AAN

Sensor UIT

Flow Gedetecteerd (knipperend)

B NOTIE: Bij het overschakelen van Sensor OFF naar Sensor ON, start de regelunit zijn LEARN FLOW programma. Elk station zal nu even lopen om de actuele flow te meten en te registreren.

B NOTIE: Zie problemen oplossen, Flow Alarmen info.

5 ESP-ME3 Controller

NL Weer Sensor (optioneel) a Verwijder de gele overbruggingsdraad van de
SENSOR klemmen in de regelunit.
NOTIE
Verwijder de gele overbrugingsdraad ENKEL indien u een weerssensor wil aansluiten.
b Sluit beide weerssensordraden aan op de
SENSOR klemmen. Zie hieronder.
C WAARSCHUWING
Geleid de weerssensordraden NIET door dezelfde opening als de stroomdraden.
B NOTIE: Rain Bird ESP-ME3 regelunits zijn alleen
compatibel met normaal gesloten weerssensoren.
B NOTIE: Voor draadloze Regen/Vriessensoren,
raadpleegt u de installatie-instructies voor sensoren.

Stroom Aansluiting
C WAARSCHUWING
Schakel de Stroom of de Transformator NIET in totdat u alle bedradingsaansluitingen hebt voltooid en gecontroleerd.
Installatie met een voorgemonteerd snoer en stekker · Steek de stekker in de nabijgelegen geaard 230VAC stopcontact.

b

Regen Sensor Instellen
De regelunit kan worden ingesteld om een Regen sensor in acht te nemen of te negeren. Indien ingesteld op Sensor ON, wordt de automatische irrigatie onderbroken wanneer regenval gedetecteerd wordt. Indien ingesteld op Sensor OFF zullen alle stations de regensensor negeren.
Draai de selectieknop naar Weather Sensors.
· Druk of om SENS ON (sensor aan) of SENS OFF (sensor uit) te selecteren.

Sensor AAN

Sensor UIT

Regen Gedetecteerd (knipperend)

6 ESP-ME3 Controller

NL Buiteninstallatie met Directe Bedrading
C WAARSCHUWING
Een elektrische schok kan leiden tot ernstig letsel of de dood. Zorg dat de voeding is UITGESCHAKELD VOORDAT u de stroomdraden aansluit.
STROOMAANSLUITINGEN 230VAC
Bruine voedingsdraad (fase) met de bruine transformatordraad
Blauwe voedingsdraad (nul) met de blauwe transformatordraad. Groen-Gele voedingsdraad (aarding) met de GroenGele transformator draad.
a Zoek het compartiment van de transformatorbe-
drading in de linker benedenhoek van de regelunit. Gebruik een schroevendraaier om het deksel te verwijderen en de aansluitdraden van de transformator bloot te leggen.
b Leid de drie externe voedingsbrondraden door
de leidingopening aan de onderkant van de regelunit en in het bedradingscompartiment.
c Gebruik de meegeleverde draadmoeren om
de externe voedingsbrondraden (2 stroom en één aarding) aan te sluiten op de aansluitdraden van de transformator in het bedradingscompartiment.
C WAARSCHUWING
De aardingsdraad moet worden aangesloten om een elektrische overspanningsbeveiliging te bieden. Er moet een permanent gemonteerde leiding worden gebruikt voor het aansluiten van de netspanning op de regelunit.
d Controleer of alle bedradingsaansluitingen veilig
zijn, plaats vervolgens het deksel van het aansluitcompartiment terug en bevestig het met de schroef.
c
a
b
7 ESP-ME3 Controller

Station Uitbreidingsmodule's
Optionele Stationmodules worden in de lege slots rechts van de basismodule geïnstalleerd om de capaciteit te verhogen tot maar liefst 22 stations.
B NOTIE: 6-Station Modules zijn enkel compatibel met de ESP-ME3 en ESP-Me. Ze zijn niet compatibel met eerdere ESP-M regelunits.
B NOTIE: Voor een ideale stationsvolgorde, plaats de 3-stationmodule altijd na het plaatsen van alle 6-stationsmodules.

Basis Module (inbegrepen)

Uitbreidingsmodules (afzonderlijk verkrijgbaar)

3-STATION (ESPSM3)

6-STATION (ESPSM6)

Modules Installeren a Controleer of de vergrendelingshendel op de module
in de ontgrendelende stand staat (schuif naar links).
b Installeer de module onder de gewenste slot tussen de
plastic rails.
c Duw de module omhoog in het slot tot hij vastzit. d Schuif de vergrendelingshendel in de vergrendelde
stand (schuif naar rechts).

bcd a
H HERHAAL voor extra modules.
B NOTIE: Modules kunnen ook worden geïnstalleerd of verwijderd wanneer de regelunit op het net is aangesloten. Ze worden beschouwd als "hot-swappable" (verwisselbaar onder spanning).
B NOTIE: Het duurt ongeveer 30 seconden vooraleer de stations klaar zijn voor een configuratie na het installeren van de nieuwe module.

NL Stationnummering
De regelunit is geconfigureerd met een "vaste stationsnummering", wat betekent dat slot 2, 3 en 4 een module met 6-stations kunnen accepteren. Als er geen module voor 6-stations is geïnstalleerd, zijn de ongebruikte stations gereserveerd voor later gebruik.
Voorbeeld van stationsnummering bij gebruik van twee 3stations modules. Er zijn in totaal 10 stations geïnstalleerd.

Slot 1

Slot 2 Slot 3

Slot 4

· Een 3-Station Module is geïnstalleerd in Slot 3 en bedient stations 11 tot 13.
Tijdens het programmeren slaat de regelunit alle ongebruikte stations over, waardoor er een gat ontstaat in de nummering van de stations. De ongebruikte stations worden op het scherm weergegeven als 8SKIP, 9SKIP, enz.

· De Basis Module is geïnstalleerd in Slot 1 en bedient de stations van 1 tot 4.
· Een 3-Station Module is geïnstalleerd in Slot 2 en bedient stations 5 tot 7. Stations 8 tot 10 worden overgeslagen en zijn niet beschikbaar.

Indien het scherm 20NOMOD toont waar de 20 knippert, dan is er geen module geïnstalleerd voor dat stationnummer.
Installatie van de regelunit voltooien
a Plaats het voorpaneel terug en sluit het weer aan.
b Zet de regelunit onder spanning en test het systeem.
B NOTIE: De elektrische aansluitingen kunnen ook zonder water worden gecontroleerd. Indien er water beschikbaar is en u een aantal of alle stations wilt testen, dan kunt u dit doen met de functie Test All Stations op de regelunit.

Normale Werking

Bedieningstoetsen en indicatoren

AUTO

Datum/Tijd

Irrigatie gebeurt

Stel de huidige

automatisch

datum en tijd in

UIT

Schakelt de

automatische

irrigatie uit

Handmatige Irrigatie Start de irrigatie voor één of alle stations
Flow Sensor Stel de regelunit in om een flow sensor in acht te nemen of
te negeren

Starttijden Stel maar liefst 6 starttijden per programma in

Toets Program Select Selecteer Programma
A, B, C of D
ALARM Waarschuwingslampje
Hold to Start Handmatige irrigatie

Seizoensinstelling Pas de sproeiduur aan van 5% tot 200%

Weer Sensoren Stel de regelunit in om een regensensor in acht te nemen of te negeren

8 ESP-ME3 Controller

Sproeidagen Selecteer de sproeidagen

Sproeitijden Stel de sproeiduur voor elk station in

Terug/Volgende
Toetsen Selecteer programmerings opties

­ / + Toetsen Functie-
instellingen aanpassen

NL
AUTO
AUTO is de normale werkingsmodus. Zet de draaiknop weer op AUTO wanneer het programmeren is voltooid. Tijdens de irrigatie: Het scherm toont een knipperend sprinklersymbool, het actieve stationnummer, het programma en de resterende looptijd.
· Om de irrigatie te annuleren, draait u de draaiknop naar OFF gedurende 3 sec. tot op het scherm OFF wordt weergegeven.
Handmatig starten van een programma :
a Druk op de Program Select toets om een
programma te selecteren.
b Druk en hou de Hold to Start toets ingedrukt
om onmiddellijk het geselecteerde programma te starten met de irrigatie.
OFF Draai de draaiknop naar OFF om de
automatische irrigatie te stoppen of om alle actieve besproeiing onmiddellijk te annuleren.
NOTIE
Irrigatie zal NIET plaatsvinden indien de draaiknop zich in de OFF positie bevindt.
B NOTIE: Handmatige irrigatie kan ook gestart
worden via de mobiele APP's of LIMR zelfs indien de draaiknop zich op de OFF positie bevindt..
9 ESP-ME3 Controller

Scherm Indicatoren Scherm Functie Omschrijving

ALL

ALL

C L E A R E D CLEARED

C Y C L I C CYCLIC

DELAY EVEN FLOW
MV ON

DELAY EVEN FLOW
MV ON

NOMOD ODD OFF

NOMOD ODD OFF

P E R M O F F PERMOFF

RAIN

RAIN

R E S T O R D RESTORD

SAVED

SAVED

S E N S O N SENS ON

S E N O F F SEN OFF

SKIP

SKIP

SOAK

SOAK

Alle stations
Programmering werd gewist
Irrigatie komt met specifieke intervals voor, zoals elke 2 dagen
Vertraging Irrigatie Actief
Irrigatie op Even dagen
Flow Sensor
Hoofdklep of Pompstart-relais is actief
Geen station modules geïnstalleerd voor dat station
Irrigatie op On-Even dagen
Regelunit wil niet irrigeren
Permanente dagen off voor On-Even, Even, Cyclisch watering
Regen Sensor
Programmering hersteld
Programmering opgeslagen
Sensor werkt indien bedraad
Sensor wordt genegeerd zelfs indien bedraad
Station niet gebruikt vanwege de configuratie van de stationsmodule
Inweektijd tussen de irrigatietijden ondersteund door de Rain Bird app.

NL Basis Programmering
1. Datum en tijd instellen
Draai de selectieknop naar Date / Time
a Druk of om de instelling te selecteren die u wil wijzigen. b Druk of om de instellingswaarde te wijzigen. c Druk en hou of om aanpassingen te versnellen.
Om de tijdsindicatie te wijzigen (12 uur of 24uur) :
d Met Day of Month knipperend, druk . e Druk of om het gewenste tijdformaat te selecteren.
druk dan om terug te keren naar de tijdsinstelling.
2. Instellen van de irrigatiestarttijden
Voor elk programma kunt u maar liefst 6 starttijden instellen.
Draai de selectieknop naar Start Times
a Druk op Program Select om het gewenste
programma te selecteren (indien nodig).
b Druk of om een beschikbare Starttijd te selecteren. c Druk of om de geselecteerde Starttijd in
te stellen (controleer de AM/PM instelling juist is).
d Druk om extra Starttijden in te stellen. e Om een starttijd te annuleren druk tot 2:00 AM
(00:00 in 24 HR), druk dan nogmaals om OFF (uit) te zetten.
B NOTIE: De OFF positie voor elke starttijd is tussen 11:45 PM en 12:00 AM.
3. Sproeiduur van de stations instellen
De sproeiduur kan worden ingesteld van 1 min. tot maar liefst 6 uur.
Draai de selectieknop naar Run Times
a Druk op Program Select om het gewenste
programma te selecteren (indien nodig).
b Druk of om een Station te selecteren. c Druk of om de sproeiduur van het
geselecteerde Station in te stellen.
d Druk om een sproeiduur van extra stations in te stellen.
B NOTIE: Wijs in een programma alleen sproeitijden toe aan stations die u wilt activeren. Als u niet wilt dat een specifiek station in een geselecteerd programma draait, stel dan de sproeitijd in op nul.
B NOTIE: Rain Bird beveelt aan dat de maximale cyclustijd van een irrigatiezone korter moet zijn voordat er zich plasvorming plaatsvindt en er voldoende inweektijd wordt voorzien voordat de volgende irrigatiecyclus van die zone opnieuw begint.
10 ESP-ME3 Controller

4. Irrigatiedagen instellen
Aangepaste dagen van de week
Stel de irrigatie in op bepaalde dagen van de week.
Draai de selectieknop naar Water Days
a Druk op Program Select om het gewenste
programma te selecteren (indien nodig).
b Druk of om de geselecteerde (knipperende)
dag in te stellen als AAN of UIT, en ga automatisch verder naar de volgende dag.
c Druk of op elk moment om de cursor op de
vorige of volgende dag te plaatsen.
B NOTIE: Mits zondag geselect. druk de toets om Cyclische irrigatie in te voeren en te activeren (zie Geavanceerde Programmering). Als dit niet gewenst is druk op de toets om op aangepaste dagen terug te gaan besproeien.

NL Programmering op basis van programma's

De ESP-ME3 gebruikt een geprogrammeerde planningsmethode om beregeningsschema's te maken. Dit betekent dat alle stations met een looptijd in het programma in nummerieke volgorde zullen starten.

Vaak voorkomende Programmeringsfout

De meest voorkomende fout bij het programmeren van een regelunit op basis van programma's is het invoeren van meerdere programmatijden waardoor de irrigatiecycli worden herhaald.

Ter illustratie: Programma A heeft een eerste starttijd die is ingesteld om te lopen om 8:00 uur. Maar dan is er per vergissing een 2e starttijd ingesteld om 8:15u, wat betekent dat alle stations een 2e keer water zouden geven.

In dit voorbeeld is de 3e starttijd verkeerdelijk ingesteld op 8:30u. Wat betekent dat alle stations een derde keer water zouden geven. De gewenste sproeitijd was 45 min. of 15 min per station. De werkelijke is 2 uur en 15 min., wat overmatig water geven is !

Niet Correct ; Meerdere starttijden die per ongeluk zijn ingesteld

Programma Progr.

Progr. Sproei

Start

Letter

tijd

Tijd

A

1st

8:00 AM

A

2nd 8:15 AM

A

3rd 8:30 AM

Station Nummer
1 2 3 1 2 3 1 2 3

Station Sproeitijd
15 MIN 15 MIN 15 MIN 15 MIN 15 MIN 15 MIN 15 MIN 15 MIN 15 MIN

Correct: Enkel één starttijd

Progr. Letter

Programma Sproei tijd

Progr. Start tijd

Station Nummer

1

A

1st

8:00 AM

2 3

4

Station Sproeitijd
15 MIN 15 MIN 15 MIN 15 MIN

Opties handmatige irrigatie
Alle Stations Testen
Start onmiddellijk alle geprogrammeerde stations.
Draai de selectieknop naar Manual Watering
a Druk of om een sproeiduur in te stellen. b Druk op de Hold to Start toets. c Draai de selectieknop naar AUTO na het
sherm toont STARTED. Gedurende de test : Op het scherm wordt een knipperend sprinklersymbool, het actieve stationnummer en de resterende sproeiduur weergegeven.
d Om de test te annuleren draait u de selectieknop
gedurende 3 sec. naar OFF totdat op het scherm "OFF" wordt weergegeven.
Eén enkel station starten
Start de irrigatie van een enkel station of stel meerdere stations in een volgorde.
Draai de selectieknop naar Manual Watering
a Druk of om het gewenste station te selecteren. b Druk ­ of + om een sproeitijd in te stellen c Druk op Hold to Start toets. d De irrigatie start op en STARTED zal verschijnen
op het scherm.
e Draai de selectieknop terug naar AUTO
H HERHAAL het proces indien gewenst om meer stations aan de wachtrij toe te voegen. Wanneer een station klaar is met besproeien, begint het volgende station.
B NOTIE: Manuale Irrigatie (Test All, Run Single Station en Manual Program) zal starten zelfs indien een weerssensor geactiveert werd, SENS ON (sensor on).

11 ESP-ME3 Controller

NL Eén enkel programma starten
Start de irrigatie onmiddellijk voor één programma.
Draai de selectieknop naar AUTO.
a Druk op Program Select om het gewenste
programma te selecteren (indien nodig).
b Druk op Hold to Start toets om het
geselecteerde programma te starten.
c De irrigatie start en op het scherm verschijnt
STARTED.
d Druk op Advance Station toets om door te
gaan naar het volgende station, indien gewenst.
e NOTE: Er kunnen maximum 88 stations, in alle vier
programma's, in wachtrij worden geplaatst. Tijdens handmatige irrigatie (enkel-station of enkelprogramma) :
Op het scherm wordt een knipperend sprinklersymbool, het actieve stationnummer, programma en de resterende sproeiduur weergegeven.
· Om de handmatige irrigatie te annuleren draait u de selectieknop gedurende 3 sec. naar OFF totdat op het scherm "UIT" wordt weergegeven
Om extra programma's toe te voegen aan de handmatige besproeiingswachtrij: Draai de selectieknop naar Manual Watering
a Druk en hou Program Select ingedrukt om de letter
van het programma op het scherm te zien.
b Druk op Program Select om het gewenste
programma te selecteren (indien nodig).
c Druk op de Hold to Start toets om de irrigatie van
het geselecteerde programma te starten.
d Draai de selectieknop naar AUTO

Geavanceerde Programmering
Even of On-Even kalenderdagen
Stel de irrigatie in op alle EVEN of ONEVEN kalenderdagen.
Draai de selectieknop naar Water Days

a Druk op de Program Select toets om het
gewenste programma te selecteren (indien nodig).

b Druk en hou
verschenen.

en tot ODD of EVEN is

Cyclische dagen
Stel de irrigatie in op bepaalde intervallen, zoals om de 2 of 3 dagen, of elke 3 dagen, etc.

Draai de selectieknop naar Water Days

a Druk op de Program Select toets om het
gewenste programma te selecteren (indien nodig).
b Op het Custom Days of the Week scherm, druk
totdat er Cyclic op het scherm verschijnt (na SUN).
c Druk of om de gewenste DAG CYCLUS in te
stellen en druk vervolgens op .
d Druk of om de RESTERENDE DAGEN in te stellen
voordat de cyclus begint. De VOLGENDE irrigatiedag wordt op het scherm bijgewerkt om de dag aan te geven waarop de irrigatie zal beginnen, zoals afgebeeld.

B NOTIE: Zie Speciale Functies om de Regen
Sensor AAN te zetten per station.

12 ESP-ME3 Controller

NL Seizoensinstelling
Verhoog of verlaag de sproeiduur van de programma's met een geselecteerde percentage. (5 tot 200%)
Voorbeeld: Als de seizoensinstelling op 100% is ingesteld en een stationssproeitijd heeft van bv 10min. dan zal het station gedurende 10min. sproeien. Als de seizoensinstelling op 50% is ingesteld, dan zal het station gedurende 5min. sproeien.
Draai de selectieknop naar Seasonal Adjust.
a Druk of om de instelling van het algemene
percentage te verhogen of te verlagen.
b Om een individueel programma aan te passen,
drukt u op Program Select om het gewenste programma te selecteren. (indien nodig). Druk of om de seizoensinstelling te verhogen of te verlagen.
Irrigatie uitstellen
Stelt de irrigatie uit tot maar liefst 14 dagen.
Draai de selectieknop naar AUTO.
a Druk en hou de toets ingedrukt om het
regenvertragingsscherm te openen.
b Druk of om de RESTERENDE DAGEN in te stellen
De volgende irrigatiedag wordt op het scherm bijgewerkt om aan te geven wanneer de irrigatie zal worden hervat.

Vaste dagen uit
Voorkom irrigatie op bepaalde dagen van de week (alleen voor programmering met Even, Oneven of Cyclische dagen).
Draai de selectieknop naar Water Days
a Druk op Program Select om het gewenste
programma te selecteren (indien nodig).
b Druk en hou Program Select ingedrukt. Druk dan
om de geselecteerd (knipperende) dag in te stellen als een Permanent Day Off of druk op om de dag AAN te laten.

c Om een regenvertraging te annuleren, zet u de
RESTERENDE DAGEN (days remaining) terug op "0".
B NOTIE: Wanneer het uitstel is verstreken, wordt de automatische irrigatie hervat zoals gepland.

13 ESP-ME3 Controller

NL Speciale Functies
a Draai de selectieknop naar de gewenste
Speciale Functie zoals hieronder afgebeeld.
b Druk en hou en gelijktijdig ingedrukt.

Save Programming (programma's opslaan)

Restore Programming (opgeslane programma's terug installeren)

Vertraging tussen Stations per Programma
Een vertraging tussen stations (van 1 sec. tot 9 uur) zorgt ervoor dat een klep volledig gesloten is voordat de volgende opent. Maar bv ook, indien nodig, om tussentijds watertanks bij te vullen . Druk op Program Select om de vertraging in te stellen zelfs over verschillende programma's.
Flow Sensor per Station Koppelt een flow sensor aan of uit per station (debietmeting)

Reset naar Fabrieksinstellingen
Alle programma schema's worden gewist (clear)

Regensensor omleiden per Station
Bepaald een station om een regensensor te
gehoorzamen of te negeren

Instellen van Even, Oneven of Cyclische irrigatie Zie Geavanceerde Programmering

Hoofdklep instellen per Station
Maakt het mogelijk voor een station om een hoofdklep of een
pompstartrelais aan te sturen.

Opties
Reset Knop
Indien de regelunit niet naar behoren werkt, kan men proberen om op de RESET toets te drukken.
· Steek een puntig voorwerp, zoals een paperclip, in de toegangsopening en druk totdat de regelunit wordt gereset. Alle eerder geprogrammeerde irrigatieschema's blijven in het geheugen opgeslagen. RESET

Afstandbediening Accessoires
Een 5 pins accesoirepoort is beschikbaar voor Rain Bird goedgekeurde externe apparaten : · LNKTM WiFi Module · LIMR ontvanger met snelkoppeling
POORT

14 ESP-ME3 Controller

NL Vrijstaand programmeren
Programeer via het frontpaneel op afstand op batterijstroom. Het voorpaneel kan worden verwijderd van de regelunit en op afstand worden geprogrammeerd met een 9 volt batterij voor stroom. Instellingen kunnen worden geprogrammeerd voor alle 22 stations, ongeacht welke stationmodules in de unit zijn geïnstalleerd.
a Verwijder het frontpaneel. b Installeer een 9V batterij in het voorziene compartiment. c Programmeer de regelunit.
B NOTIE: Programma informatie wordt opgeslagen in een niet-vluchtig geheugen, zodat deze nooit verloren gaat als het voorpaneel geen stroom meer krijgt. d Terugplaatsen van het voorpaneel (zie Voiltooien van de Installatie ).
B NOTIE: Nadat het voorpaneel opnieuw is geïnstalleerd, zal elk station waarop geen overeenkomstige stationsmodule is geïnstalleerd, werken alsof de looptijd nul is.
Batterij Levensduur
Als het scherm herhaaldelijk "-- -- -- -- --", weergeeft of als er geen scherm is bij gebruik van een 9Vbatterij voor het programmeren op afstand, vervang dan de batterij.

Bijlage

Problemen oplossen

Fout detectie
De ESP-ME3 regelunit heeft een ingebouwde foutdetectie die automatisch een ALARM kan genereren als gevolg van een essentiële programmeerfout of als een elektrische kortsluiting wordt gedetecteerd.
Het ALARM LED lampje op het voorpaneel van de ESPME3 regelunit gaat branden om een alarmtoestand aan te geven ;
Programmeer fouten (knipperende LED)

Fout

ALARM LED

Fout Bericht Op het Scherm

Geen Starttijden ingesteld KNIPPERT NO START TIMES

Geen Sproeitijden ingesteld KNIPPERT NO RUN TIMES

Geen Sproeidagen Ingesteld KNIPPERT NO WATER DAYS

De foutmelding verdwijnt wanneer het station met succes wordt uitgevoerd nadat de conditie is gecorrigeerd.

B NOTIE: De draaiknop moet in AUTO positie staan om een ALARM bericht op het scherm te laten verschijnen.

Elektrische fouten (niet knipperende LED)

Fout
Kortsluiting Hoofdklep Kortsluiting Station

ALARM Fout Bericht LED Op het Scherm
AAN MASTER VALVE SHORTED OR HIGH CURRENT
AAN STATION "X"WIRE SHORTED

Wanneer een elektrische fout wordt gedetecteerd, wordt de irrigatie voor het betreffende station geannuleerd en gaat de irrigatie verder naar het volgende bedienbare station in het programma.
De regelunit zal proberen het getroffen station opnieuw te starten bij de volgende geplande besproeiing. Bij voltooiing van een succesvolle irrigatie zal de foutconditie die bij dat station hoort wissen.

15 ESP-ME3 Controller

NL Flow Alarmen (debiet)

Fout
Flow Sensor Hoger debiet situatie

ALARM LED
AAN

Fout Bericht op het Scherm
HIGH FLOW ALARM STATION "X"

Flow Sensor Lager debiet situatie

LOW FLOW ALARM STAAAN TION "X"

Wanneer een flow sensor (debietmeter) in gebruik is, controleert de ESP-ME3 een hoger debiet tot 130% boven de normale aangeleerde Flow. Deze procentuele limiet kan worden aangepast in de Rain Bird APP bij gebruik met de LNKTM WiFi Module. Indien er een hoger debiet wordt gedetecteerd, wordt er een hoog debietalarm weergegeven op het scherm en gaat de rode ALARM LED branden. Om het alarm uit te zetten, drukt u tijdens het alarmbericht op de rechterpijlknop "Hold to Start".

Laag debiet situaties worden ook bewaakt. De limiet voor laag debiet is 70% onder het reeds aangeleerde debiet, tenzij gewijzigd in de Rain Bird App. Een laag debiet alarm wordt weergegeven op het scherm van de regelunit en de rode ALARM LED gaat branden.
Om het alarm uit te zetten, drukt u tijdens het alarmbericht op de rechterpijlknop "Hold to Start".
B NOTIE: Door de Flow sensor uit en weer aan te zetten, leert de regelunit nieuwe debietniveau's en negeert hij eerdere foutsituaties.
B NOTIE: Indien de Flow sensor een debiet meet wanneer de regelunit niet is gepland voor besproeiing, wordt een "HIGH FLOW ZONE" alarm weergegeven op het scherm en gaat het rode ALARM LED branden. Om het alarm uit te zetten, drukt u tijdens het alarmbericht op de rechterpijlknop "Hold to Start"

Irrigatie

Probleem

Mogelijke Oorzaak

Mogelijke Oplossing

Het scherm toont Waterbron geeft geen water. dat een programma actief is, maar het systeem sproeit niet. De bedrading is los, niet goed
aangesloten.

Controleer of er geen verstoring is van de hoofdwatertoevoer en of alle andere watertoevoerleidingen open zijn en naar behoren werken.
Controleer of de veldbedrading en de bedrading van de hoofdklep- of pompstartrelais goed zijn aangesloten op de regelunit en in het veld.

De bedrading is aangetast of beschadigd. Controleer de veldbedrading op schade en vervang deze indien nodig. Controleer de bedradingsaansluitingen en vervang indien nodig door waterdichte verbindingen.

Verlies van AC stroom.

Wanneer er een stroomstoring is en een 9 volt batterij is geïnstalleerd, irrigeert het systeem niet, maar de programma's blijven actief (en in het geheugen)

NO AC bericht op het scherm.

Geen stroom getecteerd.

Controleer de zekering en of het apparaat op een stop-contact is aangesloten of correct op een stroombron is aangesloten.

Regelunit werd niet aangesloten aan een voeding of het stopcontact krijgt geen stroom.

Controleer de stroom naar het stopcontact of reset de stroomonderbreker (zekering)

Het heeft net geregend en het alarmlampje brandt niet, waarom?

Dit is een normale werking. De ESP-ME3 beschouwd de onderbreking van de irrigatie als gevolg van regenval niet als een alarm situatie.

Dit is een normale werking.

16 ESP-ME3 Controller

NL Irrigatie

Probleem
Geprogrammeerde schema's starten niet.

Mogelijke Oorzaak
Aangesloten regensensor geactiveerd ?
Aangesloten regensensor werkt niet naar behoren.

Mogelijke Oplossing
Zet de regensensor op "Sensor OFF" om de regensensor te negeren. Als het besproeien wordt hervat, werkt de sensor naar behoren en is er geen verdere correctie nodig.
Laat de regensensor uitdrogen of koppel hem los van de klemmenstrook van de regelunit en vervang hem door een overbruggingsdraad die de 2 SENS-klemmen verbindt, of zet hem op "Sensor OFF".

Indien er geen regensensor is aangesloten, is het mogelijk dat de overbruggingsdraad die de 2 SENS aansluitingen op de aansluitstrip verbindt, ontbreekt of beschadigd is.

Draai de draaiselectieknop naar "Weather Sensor" en stel hem in op "Sensor OFF".

Te veel irrigatie

Meerdere starttijden in hetzelfde programma.
Meerdere programma's lopen op hetzelfde moment. Klep of solonoide werkt niet goed.
Seizoensinstelling te hoog ingesteld.

Afzonderlijke starttijden zijn niet vereist voor elke klep. Een programma heeft slechts één starttijd nodig om alle stations in dat programma te laten draaien.
Herbekijk de programmering om ervoor te zorgen dat hetzelfde station niet actief is in meerdere programma's.
Controleer of het ALARM-lampje op de regelunit continu brandt en repareer of vervang de klep indien nodig..
Zet de seizoensinstelling op 100%.

Elektrisch (LED lampje constant aan)

Probleem Mogelijke Oorzaak

Mogelijke Oplossing

Scherm is blanco of Geen stroom naar de

Controleer of de netsnoerstekker goed is aangesloten of verbonden

bevroren, de regelunit regelunit?

en goed werkt.

accepteert geen

programmering of werkt abnormaal.

Regelunit moet ge-reset worden. Druk op Resetknop. Voor meer info zie "Reset Knop" voorschriften.

Een elektrische piek kan de electronica van de regelunit hebben verstoord.

Automatische foutdetectie geeft een probleem aan door de ALARM LED en een foutmelding op het scherm.

Kortsluiting of overbelasting in bedrading van de klep, hoofdklep of pompstartrelais.

LED knippert of brandt Draaiselectieknop niet constant, maar ik zie geen in AUTO RUN positie.
bericht op het LCD-scherm.

Haal de stekker van de regelunit gedurende 2 Min. uit het stopcontact en sluit hem daarna weer aan. Als er geen permanente schade is, dan zou de regelunit de programmering moeten accepteren en de normale werking moeten hervatten.
Identificeer en repareer de fout in de bedrading. Maak gebruik van een compatibele pompstartrelais. Raadpleeg het deel "Pompstartrelais aansluiten".
Draai de selectieknop naar de AUTO RUN positie. Druk op de Reset knop of schakel de regelunit uit en weer in.

17 ESP-ME3 Controller

NL Certificaties
Leveranciersverklaring van overeenstemming 47 CFR § 2.1077 Informatie over naleving
Unieke Identificatie : ESP-ME3 (ESP4ME3)
Verantwoordelijke Partij ­ U.S. Contact
Rain Bird Corporation 9491 Ridgehaven Court San Diego, CA 92123 Tel. (858) 268-2650
FCC Conformiteitsverklaring
Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC regels. De werking is onderworpen aan de volgende 2 voorwaarden : (1) Dit apparaat mag geen schadelijke interferenties veroorzaken, en (2) Dit apparaat moet alle ontvangen interferenties accepteren, inclusief interferenties die een ongewenste werking kan veroorzaken.
Opmerking ; deze apparatuur is getest en in overeenstemming bevonden met de limieten voor een digitaal apparaat van klasse B, overeenkomstig deel 15 van de FCC-regels. Deze limieten zijn ontworpen om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferenties in een residentiële installatie. Deze apparatuur genereert en gebruikt radiofrequentie-energie en kan deze uitstralen en kan, indien niet geïnstalleerd en gebruikt in overeenstemming met de instructies, schadelijke storing aan radiocommunicatie veroorzaken. Er is echter geen garantie dat er geen storing zal optreden in een bepaalde installatie. Als deze apparatuur schadelijke storingen veroorzaakt aan radio- of televisieontvangst, wat kan worden vastgesteld door de apparatuur uit en weer in te schakelen, wordt de gebruiker aangemoedigd om te proberen de storing te corrigeren met één of meerdere van de volgende maatregelen: · Heroriënteer of verplaats de ontvangende antenne.
· Vergroot de afstand tussen de apparatuur en de ontvanger.
· Sluit de apparatuur aan op een stopcontact op een ander circuit dan dat waarop de ontvanger is aangesloten.
· Raadpleeg de dealer of een ervaren radio-/tv technicus voor hulp.
· Veranderingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door Rain Bird, kunnen de bevoegdheid van de gebruiker ongeldig maken. ICES-003 Compliance Label/Étiquette de
conformité à la NMB-003
CAN ICES-3(B)/NMB-3(B)

Veiligheidsinformatie
C WAARSCHUWING
Speciale voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen wanneer klepdraden (ook bekend als stations- of solonoidedraden) naast of een leiding delen met andere draden, zoals bij gebruikt van landschapsverlichting, andere laagspanningssystemen of ander hoogspanningsvermogen.
Scheid en isoleer alle geleiders zorgvuldig en zorg ervoor dat de draadisolatie tijdens de installatie niet wordt beschadigd. Een elektrische kortsluiting (contact) tussen de kleppendraden en andere stroombron kan de regelunit beschadigen en brandgevaar opleveren.
Alle elektrische aansluitingen en bedradingen moeten voldoen aan de lokale bouwvoorschriften. Sommige lokale code's vereisen dat alleen een erkende of gecertificeerde elektricien stroom mag installeren. Alleen professioneel personeel mag de regelunit installeren. Controleer de lokale voorschriften voor begeleiding.
De regelunit voor buitenplaatsing moet permanent met een vaste kabel zijn verbonden door middel van een flexibel snoer en een snoerverankering hebben. De verankering moet geleiders ontlasten, inclusief verdraaien, aan de klemborden en de isolatie van de geleiders beschermen tegen slijtage.

C VOORZICHTIG
Stationaire apparaten die niet zijn uitgerust met middelen voor het loskoppelen van het elektriciteitsnet met een contactscheiding in alle polen die volledige scheiding bieden overspanningscategorie III, de instructies geven aan dat de middelen voor het loskoppelen moeten worden genomen in de vaste bedrading in overeenstemming met de bedradingsregels.
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en ouder en personen met verminderde fysieke, zintuiglijke of mentale vermogens of gebrek aan ervaring en kennis als ze onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het gebruik van het apparaat op een veilige manier en de gevaren ervan begrijpen. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Kinderen mogen niet zonder toezicht het apparaat schoonmaken en/of gebruikersonderhoud uitvoeren.
Voor regelunits die niet voorzien zijn van een netsnoer, moet de vaste installatie een zekering bevatten voor alle 3 polen die geschikt zijn voor overspanningscategorie III.
NOTIE
Gebruik alleen door Rain Bird goedgekeurde accessoires. Niet goedgekeurde apparaten kunnen de regelunit beschadigen en de garantie ongeldig maken. Ga voor een lijst met compatibele apparaten naar : www.rainbird.com
Wijzigingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door Rain Bird, kunnen de bevoegdheid van de gebruiker om de regelunit te bedienen ongeldig maken.
Datum en tijd worden bewaard door een lithiumbatterij die moet worden afgevoerd (na levensduur) in overeenstemming met de lokale regelwetgeving.

18 ESP-ME3 Controller

The Intelligent Use of Water®
LEADERSHIP · EDUCATION · PARTNERSHIPS · PRODUCTS
Bij Rain Bird vinden we het onze verantwoordelijkheid om producten en technologieën te ontwikkelen die efficiënt met water omgaan. Onze inzet strekt zich ook uit tot onderwijs, opleiding en diensten voor onze industrie en gemeenschap.
De noodzaak om water te besparen is nog nooit zo groot geweest. We willen nog meer doen en met uw hulp kunnen we dat. Bezoek www.rainbird.com voor meer informatie rond The Intelligent Use Of Water®.

Rain Bird Corporation 6991 East Southpoint Road
Tucson, AZ 85756 USA
Tel: (520) 741-6100
Rain Bird Turkey Çamlik Mh. Dinç Sokak Sk. No.4 D:59-60
34760 Ümraniye, stanbul TÜRKIYE
Tel: (90) 216 443 75 23 rbt@rainbird.eu
www.rainbird.com.tr
Rain Bird Ibérica S.A. C/ Valentín Beato, 22 2ª Izq. fdo
28037 Madrid ESPAÑA
Tel: (34) 91 632 48 10 rbib@rainbird.eu · www.rainbird.es
portugal@rainbird.eu www.rainbird.pt

Rain Bird Corporation 970 W. Sierra Madre Ave.
Azusa, CA 91702 USA
Tel: (626) 812-3400
Rain Bird Europe SNC Rain Bird France SNC 240 rue René Descartes Bâtiment A, parc Le Clamar
BP 40072 13792 AIX-EN-PROVENCE CEDEX 3
FRANCE Tel: (33) 4 42 24 44 61 rbe@rainbird.eu · www.rainbird.eu rbf@rainbird.eu · www.rainbird.fr
Rain Bird Australia Pty Ltd. Unit 13, Level1
85 Mt Derrimut Road PO Box 183
Deer Park, VIC 3023 Tel: 1800 724 624 info@.rainbird.com.au www.rainbird.com/au
Technical Services for U.S. and Canada only:
1 (800) RAINBIRD 1-800-247-3782 www.rainbird.com

Rain Bird International 1000 W. Sierra Madre Ave.
Azusa, CA 91702 USA
Tel: +1 (626) 963-9311
Rain Bird Deutschland GmbH Königstraße 10c 70173 Stuttgart DEUTSCHLAND
Tel: +49 (0) 711 222 54 158 rbd@rainbird.eu
Rain Bird Brasil Ltda. Rua Marques Póvoa, 215 Bairro Osvaldo Rezende
Uberlândia, MG, Brasil CEP 38.400-438
Tel: 55 (34) 3221-8210 www.rainbird.com.br

) Registered trademark of Rain Bird Corporation ( 2020 Rain Bird Corporation D41274 15JA20


Adobe InDesign 15.0 (Windows) Adobe PDF Library 15.0